Krachtplaatsen in Nederland en België

Kraantje Lek, Overveen  Kraantje Lek, Overveen, Noord Holland

446
De Holle Boom vind je bij restaurant Kraantje Lek, Duinlustweg 22 in Overveen.
Restaurant Kraantje Lek is overigens een rijksmonument uit de 18de eeuw.
Op dezelfde plaats stond vanaf 1542 herberg Rockaers, vernoemd naar het nabijgelegen en in 1723 door kruiend zand opgeslokte dorpje Rukaas  (Storm Blz.15).
De herberg Rockaers werd in die tijd (1711) ook al Kraantje Lek genoemd, volgens A.J. van der Aa vernoemd naar een nabijgelegen bron waar water uit de grond sijpelt. Wellicht komt de naam Kraantje Lek van een uithangbord van herberg Rockaers met daarop een lekkende kraan. Volgens een legende komt de lekkende kraan van de God Bacchus die in de naburige bossen zou wonen en wel van een lekkende kraan zou houden (zo'n kraantje in een groot vat met jenever), mogelijk had degene die dit verhaal de wereld in bracht ook wel een slokje teveel op...  (v.Eeden Blz.58  en  Storm Blz.21-24).
In de 18de eeuw werd het huidige restaurant Kraantje Lek op deze plaats gebouwd. Naast Kraantje Lek stond een eeuwenoude Holle Iep waarover Frederik van Eeden in 1886 schreef:

 

"Niet ver van deze plaats ligt de oude herberg 'het Kraantje Lek', het paradijs der Haarlemsche jeugd. Daar staat een der oudste en merkwaardigste voortbrengselen van het plantenrijk in Haarlems omstreken, een holle iep, wiens korte stam een verbazende omvang bezit. De boom is geheel hol, en uit zijn dikke, bouwvalachtige wanden groeijen van boven dikke takken en vormen een breede groene bladerkruin, zodat hij in de verte gaaf schijnt. Deze boom is een der dikste van Haarlems omstreken. - Te midden van het gulle zand, aan den voet van den stuivenden Blinkert, staat deze kolos daar als het prachtigste monument van het oude Haarlemsche woud."

F.W. van Eeden, Blz.57

De Iep stamt mogelijk uit het jaar 1350, hoewel dit een zeer ruime schatting is, de 16de eeuw komt wellicht dichter in de buurt. In 1812 was er een zware storm die de grote Iep zwaar beschadigde, zo kwam de oude Iep aan haar grote holte. In volksverhalen verteld men sindsdien dat pasgeboren baby's uit de Holle Boom bij Kraantje Lek kwamen.
In 2007 dreigde de al sinds 1972 dode boom om te vallen en is deze verwijderd.
In 2008 werd de huidige bronzen boom geplaatst, dit is een afgietsel van de oorspronkelijke boom gemaakt door Kees Verkade. Aan de andere kant naast Kraantje Lek (bij de rode pijl op de foto hieronder) staan echter twee Iepen van zo'n 200 jaar oud, dezelfde soort Iepen als de oude Holle Iep die hier eeuwen gestaan heeft!
Deze oude Iepen hebben wellicht de rol van wachters van de oude gestorven Iep overgenomen!
 (Bronnen: Storm Blz.39ONH.nlMonumentaltrees.comLichtopLegenden.nl  en  Wikipedia)



Godin Nerthus / Hertha
Op een aantal websites kwam ik een verband tegen met de Godin Nerthus, ook wel bekend als de Godin Hertha, beschreven door Tacitus:

"Daarna komen de Reudigni, Aviones, Angelen, Varini, Eudoses, Suarines en Nuitones, allemaal afgeschermd door rivieren of bossen. Over de afzonderlijke stammen is niets bijzonders te melden, alleen dat ze tezamen Nerthus, oftewel Moeder Aarde, vereren. Ze geloven dat zij ingrijpt in het menselijk bestaan en rondrijdt onder de volkeren. Op een eiland in de oceaan ligt een ongerept heilig woud met daarin een aan haar gewijde wagen, afgedekt met een doek, alleen aan te raken door de priester. Zodra de godin in haar heiligdom is neemt hij dat waar.
Dan rijdt zij rond, door koeien getrokken, waarbij hij haar met groot eerbetoon begeleidt. Dagen van vreugde zijn dat, feest in alle plaatsen die zij in haar goedheid aandoet en bezoekt. Geen nieuwe oorlog, geen wapens ter hand genomen, alle ijzer is opgeborgen. De enige periode dat de stammen rust en vrede kennen, dat ze daar ook van houden. Totdat de godin volgens die priester 'genoeg heeft van de omgang met mensen', en hij haar weer terugbrengt naar het heiligdom.
Wagen, doek en (voor wie het wil geloven) godheid zelf worden gewassen in een afgelegen meertje. Door dienaren die direct in datzelfde meertje worden verzwolgen. Vandaar de mysterieuze huiver en heilige onwetendheid hieromtrent: dit zien alleen ten dode opgeschrevenen."

Tacitus Germanië Hfd.40  (Blz.62-63)

Van dit boek toegeschreven aan Tacitus werdt in de 15de eeuw een expemplaar gevonden uit de 9de eeuw, daarvan zijn verschillende copiëen gemaakt, waarna het exemplaar uit de 9de eeuw verdween en verloren ging. We hebben dus alleen de copiën nog uit de 15de eeuw, die echter van elkaar verschillen. We komen hier verschillende variaties van de naam van deze Godin tegen: Nerthum, Necthum, Neithum, Herthum, Nehertum en Hertham. In hedendaags taalgebruik wordt Nerthum dan Nerthus en Hertham wordt Hertha, enz..  (Goos Blz.401-403, Motz Blz.3).
Elders lees ik weer dat de naam Hertha ontstaan zou zijn uit een leesfout bij Tacitus en dat dit Nerthus moet zijn  (Vermeyden Blz.111-112).
Nerthus en Hertha zijn dus namen waarmee één en dezelfde Godin bedoelt wordt afkomstig uit hoofdstuk 40 van het boek "Germanië" van Tacitus.

In de duinen achter Kraantje Lek zou een houten tempel gewijd aan de Godin Hertha hebben gestaan aan de oever van de Spaarne  (Zie Tallsay.com)Frederik Willem van Eden schreef in 1867:

"En gelijk wij in onze bosschen nog de bloemen van het oude woud terugvinden, zoo zien wij bij het Haarlemsche volk, in zijn vroolijke tochten naar Kraantje-lek en in het vieren van den Hartjesdag de sporen van den voormaligen eeredienst van de Aarde, Hertha, onze groote en goede moeder."
F.W. van Eeden, Blz.58, zie ook Blz.35-36


Jan Ter Gouw schreef in 1870 in zijn boek De Volksvermaken (Blz.152) over een houten tempel gewijd aan Bacchus bij Kraantje Lek, die volgens sommigen (van Eden?) aan de Godin Hertha gewijd zou kunnen zijn, en verwijst op bladzijde 153 dan naar de tekst van Tacitus om een indruk te krijgen van de eredienst rond deze Godin Hertha in Haarlem. Ter Gouw schrijft dat de Haarlemse Hartjesdag ooit Herthadag geweest zou kunnen zijn en een overblijfsel van de Herthacultus in Haarlem.
De Hartjesdag is waarschijnlijker in de Middeleeuwen ontstaan. De naam Hartjesdag is mogelijk een verbastering van Hertjesdag en zou een feestdag geweest zijn ter herinnering aan dat het gewone volk uit Haarlem en Amsterdam het recht op vrije jacht kregen in de Noord Hollandse duinen en bossen rond Haarlem. Normaal was dit alleen aan de adel voorbehouden. (Zie Ampzing Blz.179  &  de Jager Blz. 21).
Met deze feestdag trokken mensen vanuit Haarlem en Amsterdam de duinen in, o.a. bij Kraantje Lek, om van de natuur te genieten.
In de duinen rond Kraantje Lek hielden mensen een picknick, genoten van de natuur en elkaar. Het was tevens een tijdverdrijf om van de berg af te rollen  (Zie Tallsay.com).
Vanaf zeker 1900 verklede mannen zich als vrouwen en vrouwen zich als mannen tijdens Hartjesdag, zoals links op het schilderij van Johan Braakensiek te zien is  (Zie Beleven.org).
In Hartjesdag zit dus net als met Carnaval een thema van het omdraaien van de rollen; mannen en vrouwen rollen, mogelijk een verwijzing naar het veranderen van de adelijke en volksrollen.

De stadsnaam Haarlem zou volgens Ter Gouw van Hertha kunnen komen, een theorie die we verder nergens tegenkomen. Haarlem heette in de 10de eeuw Haralem. Haarlem lag op een hoge zandrug, een oudhollands woord hiervoor is 'harula', verkort 'haar'. Dit is samengevoegd met het woord 'heem', dat woonplaats betekend, Haarlem betekend dus een woonplaats op een zandrug.
 (Zie Etymologiebank.nlPlaatsengids.nlWikipedia Haarlem  en  Wikipedia Geschiedenis Haarlem).
Van Eden bracht de naam Hertha met Aardenhout in verband, doch de naam Aardenhout, die voor het eerst pas in de zestiende eeuw voorkomt, heeft niet zozeer met de Aarde te maken (en dus de Aarde Godin Hertha) maar met "Den Anderen Hout".
 (Bronnen: Vrijland Blz.133Etymologiebank.nl, Plaatsengids.nl & Wikipedia)
Helaas worden de vrije associaties op de namen Haarlem en Aerdenhout door Jan Ter Gouw en Frederik Willem van Eden uit de negentiende eeuw op hedendaagse 21ste eeuwse websites nog wel als feiten gepresenteerd. Het is altijd raadzaam informatie uit dergelijke oude bronnen te checken met moderne wetenschappelijke inzichten. Maar ook moderne wetenschappelijke inzichten ga ik na of die door verschillende onafhankelijke bronnen bevestigd worden.

Prof. Hein A.M. Klemann van de Erasmus Universiteit van Rotterdam schreef in maart 2018 in het Haarlems Dagblad dat er geen spoor gevonden is van een Tempel bij het Spaarne.
Prof. Klemann denkt dat van Eden het waarschijnlijk logisch vondt dat wanneer er bij een bron een groot volksfeest plaats vondt, dit wel terug moest gaan op een feest bij een voor-Christelijk heiligdom. Er is echter geen spoor terug gevonden van een cultus bij Kraantje Lek of een tempel aan het Spaarne  (Zie Researchgate.net).
Bovendien zaten in de regio wat nu Haarlem is in die tijd de Friezen en vinden we geen van de stammen die Tacitus beschrijft ook maar in de buurt van de regio Haarlem terug  (Zie Goos Blz.37).
We vinden de cultus rond de Godin Hertha/Nerthus zoals beschreven door Tacitus dus niet in de regio Haarlem. Lees meer over deze interessante Godin op: www.Godinnen.info/Nerthus.

Martin Roek