Begraven op de terpen in Ferwerderadiel
Het dodenbestel in middeleeuws Fryslân ± 400-1200
Archeologie in Fryslân 1
Arnold Carmiggelt
Uitgeverij Uniepers, 2000
In de reeks Archeologie in Fryslân komen de verschillende historische landschappen van Fryslân
aan bod. Elk deel biedt een overzicht van de resultaten van oud en nieuw onderzoek naar de wisselwerking tussen
het landschap en zijn bewoners door de eeuwen heen.
Terpen zijn karakteristieke elementen in het Noord-Nederlandse landschap. Helaas is het grootste deel van de
terpen in de loop der tijd afgegraven voor de winning van de vruchtbare terpaarde. Gelukkig zijn de meeste terpen
tegenwoordig wettelijk beschermd. In dit boek wordt duidelijk gemaakt dat de terpen bij Hegebeintum en Oosterbeintum
waardevolle informatie bevatten over de bewoningsgeschiedenis van het Noord-Nederlandse kustgebied.
Daarvoor beginnen we in 1904. Op 23 september van dat jaar werd er bij het Fries Museum in Leeuwarden een telegram
afgeleverd met de melding 'Iets merkwaardigs gevonden, kom spoedig over'. Het bericht was afkomstig van de terp
Hegebeintum in Ferwerderadiel. Het bleek dat de arbeiders bij het afgraven van de terp waren gestuit op de resten
van een grafveld uit de vroege Middeleeuwen (ca. 350-900 na Chr.). Daarbij kwamen allerlei voorwerpen aan het licht
die de bewoners van het terpengebied destijds aan hun doden meegaven. Aan de hand van archeologische vondsten
die het resultaat zijn van de eerste moderne opgraving van een grafveld in het Noord-Nederlandse terpengebied,
wordt een beeld geschetst van het dodenbestel in vroeg-middeleeuws Fryslân. Zo wordt duidelijk waarom
archeologen zoveel waarde hechten aan het onderzoek van de doden. Juist door naar de doden en het dodenbestel
te kijken proberen we de ´levende bevolking´ te zien.
(Bovenstaande tekst komt van de achterkant van het boek)